In het kader van het project ‘Kunst aan de A50’ is dit het eerste kunstwerk dat gerealiseerd is. Het bevindt zich op de verzorgingsplaats ‘Sonse Heide’ langs de A50 in de richting van Eindhoven. Uniek bij dit project is dat de inrichting van ‘Sonse Heide’ i.s.m. Rijkswater-staat, BP en de kunstenaar tot stand is gekomen.
Bepalend voor de inrichting waren o.a. veiligheid en parkeergelegenheid voor LZV’s (extra lange vrachtwagens). Hierdoor is gekozen om auto’s van de vrachtwagens te scheiden d.m.v. een voetgangerszone. Deze zone is met een grondlichaam versterkt tot een wandel ’bolwerk’ (boulevard [Fr.<Mnl. bolwerc]) waar men veilig de benen kan strekken en kan ontspannen. Water en groen organiseren de verkeersruimte en zorgen voor afwisseling. Zelfs de resterende laanbomen net buiten het gebied zijn hierin als onderdeel medebepalend. Als berceaux of in dit geval ‘loofslang’vergroot het kunstwerk de afwisseling.
De slangvormige constructie kronkelt met een lengte van 72 meter over de wal heen. Vier soorten klimplanten zorgen voor een afwisselend beeld door de seizoenen heen. Begin en eind zijn bekroond met de suggestie van een adelaar. Een verwijzing naar de luchtlandingen van de 101e U.S. airborn division de z.g. ‘sreaming eagles’ die hier in september ‘44 plaats vonden. Het gestileerde doek over de adelaar is op te vatten als een parachute. De schimmige gestalte die dit oplevert heeft een overeenkomst met de schimigheid van de bezoekers door hun vluchtig komen en gaan.
De adelaar is tevens een onderwerp dat in de ornamentiek binnen de tuinarchitektuur wordt toegepast en sluit zo thematisch aan bij het groene karakter van dit kunstwerk.